Sinds kort is er een klasse bij gekomen in onze betonnen schuilplaats. Irritant genoeg betreft het hier echter een klasse bóven ons. De sociale woningbouwvereniging — die sinds kort heel chique Ymere heet — heeft het behaagd om een aantal leegstaande woningen in ons complex te koop aan te bieden. Te koop! Nu zul je zien dat er straks van die strebertjes over onze galerij banjeren met een stuk ontbijtkoek tussen de tanden geklemd, een attachékoffertje in de ene hand en de BlackBerry van de zaak in de andere. Gatver! Op een tijdstip dat wij ons hier nog eens rustig plachten om te draaien, klinken er dus straks haastige voetstappen en het startgeluid van een kittig stadswagentje. Zo'n nieuwe Mini of zo.
Het gedonder is deze week al begonnen. In mijn brievenbus bevond zich een A5-je waar, in keurig Nederlands (niet één spelfout!), excuses werd gemaakt voor aanstaand geluidsoverlast. Voordat het nieuwe huis betrokken kon worden, diende er namelijk gehamerd, geboord en geklopt te worden. Dit zou ook wel eens in het weekend kunnen zijn. Het weekend? Zijn dat niet die twee dagen tussen de ene en de andere week in? Lekker dan! Zit je rustig Studio Sport te kijken, gaat zo'n yuppie even zijn eikenhouten vloer leggen. Gelukkig houdt mijn overbuurman ook wel van klussen, dus ben ik wel iets gewend. Hij is zo'n man die alleen kan praten in staccato kreten zonder enige intonatie; een echte bouwvakker dus. Elke dag moet er weer gesjouwd worden met planken en klinken er zaag- en boorgeluiden uit zijn kleine schuurtje.
Zelf ben ik gelukkig gezegend met twee linkerhanden. Ik gruwel al van het idee mijn fietsband te moeten plakken, laat staan dat ik voor mijn lol de Nico uit ga hangen. Ik snap het ook niet. Wat is er allemaal mis met je huis als je de godsganse dag verbeteringen denkt aan te moeten brengen? Hoe ingedut moet je huwelijk zijn voordat je je toevlucht zoekt in een koude schuur vol stof en zaagsel? Ach, misschien ben ik ook gewoon geen echte man. Een echte man houdt er van om zijn aanwezigheid op deze aarde te rechtvaardigen door dingen te bouwen, te repareren of aan te passen. Territoriaal gedrag dus eigenlijk. Bij mij ontbreekt dit instinct volkomen. Ik moet alleen maar niezen van stof en zaagsel en mijn handen weigeren simpelweg te functioneren in de kou.
Sinds kort werk ik uit financiële noodzaak een paar uur per week in een callcentre. Gek genoeg zit mijn oerinstinct me daar wél in de weg. Hier werken namelijk vooral mannen die evolutionair gezien net zo ver afstaan van onze stoere voorouders, als Ben Saunders van een echte zanger. Regelmatig kijk ik om me heen vanachter mijn minuscule bureautje en dan zie ik overal verveeld pratende hoofden. Zie ze daar hun geld verdienen met oeverloos geleuter dat niet zou misstaan in Oprah's bookclub; onderuit gezakt en de blik op oneindig! Het scorebord als slap aftreksel van een arena, waar de kwebbeltantes hun degens kruisen in hun strijd om de meeste slachtoffers. ‘Komt het gelegen dat ik even bel?’ Ik weet het, ik doe er zelf aan mee... Maar genoeg is genoeg! Wij mannen hebben niet duizenden jaren fysieke arbied verricht om op een paarse bureaustoel te eindigen. Dan maar weer terug naar het vertrouwde kastensysteem van mijn kleine flatje. Waar is mijn hamer?
Hahahaha, arme Rogier.
BeantwoordenVerwijderenSterkte tussen het yuppengebroed!
Ik ga weer verder met klussen. Het kost wat moeite om dat ingedutte huwelijk te maskeren..phew
This message was sent from my BlackBerry